VAN VERSTAND EN WILLE. 493 te regelen, en uit haare verwarring in order te brengende fterke indrukken die zy maaken in bedwang te houden, de affecten totgroote, gewichtige en ede le voorwerpen te richtenen ter vaerdi- ge beoefening van onzen pligt dienstbaar te maaken. Deeze lesfen laaten zich ge- maklyk begrypen, maar wat oplettend heid infpanning en benaerfliging is 'er niet nodigalsze in 't werk zullen ge field worden. Wil de zedekunde in, haar onderwys noch verder gaan, en leerenom de zinlykheid geheel en al een ftilzwygen opteleggen, en dezelve te vernietigenzo leerdze ons onnavolg- baare meesterilukken. Deeze en geene daadendoor welke wy toonendat wy naar de redenen niet naar zinlyke bevindingen handelen, zyn ook geenzins genoegom een deugd zaam bellaan uittemaakendaartoe word een gelykformige, overeenftemmigeen in allerlei omftandigheden en betrekkin gen naar de regelen van waarheid en wysheid gefchikte handelwyze vereischt. Men kan veeleen zelfs groote en onge- meene dingen doen, en noch geen deugdzaam mensch zyn. De voorllel- ling van het verfland kan wel eens zo le-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1775 | | pagina 529