vrage voor t jaar mdcclxxii, 25
tuurkenner zou er niet mede voor den
dag komen durven. Ondertusfchen zou
mogelyk de Heer de buffon wel
willen (laande houden, dat zulke eene
beraminge zoowel geoorloofd is als die,
door welke men de Vledermuis met den
Mensch, den Aap en het Spookdier by
eikanderen voegtom dat zy vier fny-
tandenboven in den mond, hebben. En
zoo dra men befpeurt, hoe willekeurig
dusdanige eene beraminge en verdeelin-
ge zy, merkt men ook wel haast, dat
men uit eene fchynbare foortgelykheid
geene vaste gevolgen trekken mag. Even
dus krygt menuit de vergelykinge der
voorwerpen en Verfchynzelen zelve, ge
legenheid en aanmoediginge om allengs?-
kens naauwkeuriger in het waarnemen
te wordenen 't geen men by voorraad
tot gemak van zyn geheugen deedword
nimmer in gevolg getrokkentot het op
maken eener wysgeerige beoordeelinge.
De Wetenfchappen nemen hand over
hand in keurigheid en uitgebreidheid
toeen hoe meer goede Waarnemingen
en Proeven men maakt, hoe gemakke-
lyker het Gemeenebest der Geleerden
in zyne loffelyke ondernemingen Hagen
B 5 zal.