FRANSCHEN SCHRIJFSTIJL. 579
fe van andere tellingen (c) is gevolgd.
Want daar men te moren doorgaans
reekende van de Bouwinge der Stad Roo~
menof naar de Regeering der Roomfche
Burgemeesterenof naar de Indiftien
terwijl fommigen telden van het Lijden
van Christusof van den tijd van Keizer
Diöcletiaan(dat is, van den tijd der
Martelaaren onder zijne Regeeringe)
daar is, in derzelver plaatfe, in de zesde
Eeuwde Gemeene Christelijke Jaar tel-
ling gevolgd; die aanvangt met net jaar
van 's Heilands Geboorteen aan Diony-
Jius (om zijne kleinheid) Exiguus, de
Kleine bijgenaamdzijnde geweest Abt
te Roomen, wordt geëigendwaarom
trent is aangeweezendat dezelve niet
naauwkeurig is, en eenige jaaren misree-
kening (d) heeft. In 't gebruiken van
welke Gemeene Christelijke Jaartellinge
Oo 2 het
Cc) ANDERE TELLINGEN. JEgid. Sfranchit
Breviar. Chronolog. in 8. Lipf. 1708. p. 786, 787,
834H. Waar davan de eerde Uitvindingen en
Uitvinders van konden en wetenfchappen. bl. 170,
171. Anift. 1733. 8.
Cd) MiSREEKENiNG. De vroegere Tijdree
kenaars, begrooten dit doorgaans op 2 jaaren; doch
de laatere wel op 5 of jaarenzie onder aftderen
A. Kluit in Vindiciis Articuli &c. T. It. P. II. p. 591
in Explications LXX, hsbdom. Damêlits p. 155163.