6o6 A.'SGRAVEZANDE OVER DEN den Hofftijl te reekenen; dies anderen dit tot 1477 brengen. 54. En dus moet dan ook het groot privilegie (d) van Maria Kareis Dochter, van den 14 Maart 1476 begreepen worden van den Franjchen of Hofjïijl, als behoorendetothetjaar 1477. 55. Doch deeze aanmerking, is door den Schrijver der Vaderlandfche Ge- fchiedenisfen (e), ten onrechte toegepast op 'tgefchil: Óf de herftelling der Privi legiën door Hertog Philips den Goeden aan de Kennemers in 1455, of 1456 zij gefchied Om dat die herftelling behoort tot Meij of Bloejmaanden dus buiten die maanden, in welke dat verfchil in vloed heeft. 33.) 56. En wat de wegneeming van ver warringen betreftzullen twee voorbeel den konnen volftaanwelke teffens zul len (d) or00t privilegie. Men zie deswe gen uitvoerig het Tegenbericht op 't Nabericht van J. Bent, Dord. 1761. in 4. bl. 6daar ook een Brief van Maximihaan en Maria op bl. io wordt aan geroerd van 28 Feb. 1477. voor 1478, nopens de Muntedewijl Maria eerst den 19 Aug. 1477. in 't Huwelijk met Maximili'dan was verbonden. (e) Wagenaar Vaderl. Hift. VI. D. bh 54. Andere voorbeelden van onvoegzaatne toepasïinge, wor den aangeteekend, in 't reeds aangehaalde Tegenbe- rigt bl. 21—23.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1775 | | pagina 644