r48 J. VAN IPEREN ANTWOORD OP DE
even op dat zelfde oogenblik, als hy1
daar naar hunkert, Gevolgen trekken
uit het vermoedelyk beantwoorden dier
Vrage, en dus Vooronderftellingen ma
ken en Gevolgelyke Befluiten van Re
denkavelingen vormenwelke hy in an
deren niet dulden wil.
Ja maar, dit is 't nog niet al! Een.
doorgeleerd en ervaren Philofooph kan
de Kunstdrift van Gevolgtrekken, ter
ophelderinge der Natuurwonderen veel
minder verloochenen, dan iemand, die
nimmer iets met opzet waarnam, of
van eenige Proefnemingen las, of hoorde.
Trouwens hy ziet de Myten, Polypen
en menige anderevoor het bloot oog
onzigtbare, levendige fchepzels door zyn
Vergrootglashy neemt de paringe
waar der InfeClenhunne eijeren, her-
fcheppinge en de zonderlinge vernieuw
de uitgroeijinge van de geknotte leden
der Slakken en Salamandersen zoo
befluit hydat alle deze Verfchynzelen
regelmatige gewrogten zyn van kunftig-
gewerktuigde wezens: verder, dat er
geenerley leven of geboorte uit de Ver-
rottinge te wagten isgelyk de Aloud
heid droomde; en eindelyk, dat al wat