PLAATSEN AAN DE SCHELDE. $1
toefcheen, daar de grachten toegevro-
zen, en het guarnizoen dronken wasj
dan men wil aat onder de hoofden der
vyanden gefchil ontftondt, wie van hun
het bevel over den aanval zoude voe
ren en dat daar door die aanflag te
niet liep.
Op den 3 Maart 1715 fpoelde, doof
een noogen vloed, hier ae contrefèharps
iluis door, waar door niet alleen de ca-
pitaale wal veel fchade leedt, de brug
weggerukt en landwaards in gedreeven
wierdt, en de land-contrefcharp door
brak, maar ook de Polders aan den
DoelSt. Anna en Keetenisfe over
stroomden het geen van een tweeden
vloed, den 1 April daaraan, gevolgd
zynde, de kosten ter herftellinge der
vestingwerken zoo zwaar maakte, dat
de Heeren Staaten van Zeeland by Mis-
Hve van den 11 April des zelfden Jaars
aan Haar Ho. Mog. verzochten, mét den
Raad van Staate te willen overleggen
wat met het gedevalifeerde Fort Lief-
kenshoek te doen ftonae.
Men weet, hoe ten jaare 1747 by de
invafie der Franfchen in Staats Vlaan
deren ook deze vesting, na een flappe
verdediging, voor derzelver magt heeft
D moe-