XI pok veel in 't wilde uitliepenen in brasfe- ryen en dronkenfchap werden doorgebragt. Die Romeinfche Marktloopers daar laten de, merke ik aan, dat het houden vas vrye Jaarmarkten geen zaak is van eigen willekeur: het verleenen van dezelve ftond eertyds in de macht der Graaven van Holland en Zeeland. hu eer, in zyne Hedendaagfche Rechtsge leerdheid de jura majeftatis minora optel lende, zegt, dat daar toe ook wordt gebragt, 't vergunnen van Jaarnjarkten zoo om dat de groote famenloop van menfchen niet veiliglyk kan gefchieden zonder kennis der Hooge Machtenals om dat die markten 't recht hebben van handfluitingopftut- f, ting van ExecutienCitatienArresten en diergelyke Rechtsmiddelen, die van geen Officieren konnen worden toegellaanom dat die alleen dienaars en geen meesters vandepublyke Rechtsorde zyn. De Graaven verleenden die veeltyds aan de Hedenin erkentenis van byzondere gedaane dienften. Zoo gaf flosis Graaf van Hol land, den 25 Maart 128,8 (e), aan Meden- blik en Monnikendam het recht om jaarlyks een vrye markt van veertien dagen te hou den. 't Zelfde recht vergunde Hertog Wil lem van Beyeren aan die van Enkhuizenin den jaar e 1355 (f). Lang te voren, ten jaare Ce) van mieris Charterb. I deel hl. 482. 486. 4 pr- cf) van mieris Charterb. ÏI deol bi. 827. 831. 825.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1776 | | pagina 13