den spiritus salis mar1ni. 69
dagelyks zo verre af, tot dat eindelyk
de daar onder gelegen gladde en gaave
huid, te voorfchyn kwam. Dit ver-
fchynfelgevoegd by de onpynlykheid
van den Lyderdie betuigde geen on
gemak meer te voelen, deed my hoo-
penhemop deeze wyzete zullen ge-
neezen doch wy beiden waren bedroo-
genwantkort daar nageraakte al
les weder in den voorigen toeftand. Toen
beproefde ik de bleinmaakende midde
len, met welker aanleg ik zo lang
voortgingtot dat een gedeelte der huid
daar door was weggeknaagdmaar, en
de geneezing en het eelt, volgden wel
ras eikanderen. Vervolgens nam ik,
na eene tweede rauwmaaking, de La,'
pis lnfernalis te baat, welke geen guns
tiger uitwerking hebbende, dan de
voorgaande middelen verliet my de
Lyder ltilzwygende, dien ik niet, dan
na verloop van eenige maanden, volko
men geneezen weder zag, by gelegen
heid, dat men my, ten zynen huize,
ter geneezing van een ander ongemak
geroepen hadt. Men verhaalde my
toen, dat wylen de Heer j, d. schlig-
ting, M. Doktor, de uitroeijing van
zyn gebrek ondernomen hadt, doorhet-
E 3 zei-