7? e. p. swagerman over welzo in kleur als zagtheidmet het gene men by mynen Lyder hadt ge bruikt, over een te hemmen te meer om dat ik den goeden uitflag, in ge- breeken van den Mond en de Keel on dervonden en deszelfs fchadelooze uit- werkinge, op die nog tederder deelen dan onze uiterlyke huidgezien haden befloot daarom, by de eerlle voorko mende gelegenheid daar van Proeven te neemenin zodanige gevallenwaar in het met billyke reden ter geneezing kon worden aangewend, EERSTE GE VA L. In eene der zomer maanden des jaars 1764. kwam by my een jong Heer ter geneezing voor een Pry-Wrat {Kerruca Porruszittende aan den voorkant van ?t eerfte lid zyns middenftenVingers: de zelve was hem zeer pynlyk en bloedde op de minfte aanraaking. Deeze Wrat beftreek ik met den enkelen Spiritus Salis Marinidit baarde hem voor eenige 00- genblikken een weinig prikkeling, doch deeze hield ras op. Vervolgens over dekte ik dezelve met fyn plukfel in den* zelfden geest bevochtigden lag 'er een

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1776 | | pagina 146