Lyder ademde vryer: ook was de kleur deszelven rooder en de zelfltandigheid vaster. Staande deezen tydhieldt de Heer van gesscher zig bezig, met het nee- men van proeven ter uitroeijing van ver- fcheidene Polypeuze ovcrblyffelen van ee- nen flymigen aart, zig ophoudende in bei de de neusholten van een Jongman, van welken hy den 18. Oktober 1769, eene zeer aanzienlyke Polypusdie van ag- teren uit de neusholten tot beneden de Uvula was doorgezakt, hadt weggeno men. By deeze gelegenheidveele Mid delen ter vernietiging te vergeefsch be proefd hebbende, als, de Sabina. Mere, pracip. Ruber. VitriolAlbum. Terra Japon, enz., bedoot hy eindelyk, uit hoofde van den gelukkigen uitflag des Spir. SalMarin., in andere uitwasfen door ons ondervonden, ook met denzel- venop dit gevaleene proef te neemen. En deeze onderneeming gelukte zo wel dat hy, door het onvermengd gebruik van deezen Geestden Lyder gelukkig heeft geneezen door hem denzelvenna alvorens met de penceeling begonnen te hebben, dageiyks twee of drie maai te doen opfnuivenzonder dat de Lyder "daar DEN SPIRITUS SALIS MARINI. 139

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1776 | | pagina 213