GENEZENE HOOFDWONDEN. 173 infnyding van het midden na beneden. Alle deze infnydingeu deed ik met een genoegzame voorzorgom de punt van 't mes niet diredt tot op het Cranium door te drukken, maar de doorfnede met herhaling tot op het been te doen. De zachte deelen dus in 't kruis ruim ge noeg doorgefneden hebbendefepareer- de ik de lappen van den gemaakten vier hoek van 't Craniumen nam die zeer ruim door een fchaar weg. Door deze gemaakte ruimte zag ik een zeer groote beens indrukkingzelfs met vermorfe- ling; doch welke (tukken alle zo vast klemdendat ik er geen een uit konde nemen. Echter vloeide door de tus- fchen-wydte der fcheuren veel bloeddat zich op de dura mater uitgeftort had. Onder de bewerking klaagde de Lyder en braakte met herhaalde tusfchenpo- zingen. Ik vulde de wond met droog plukfeioverdekte dit met compresfen en om(loeg alles door het verband het groote hoofd - dekfel. Niet tegenftaande hy veel bloed verloren had, deed ik hem noch een aderlating op den arm waar onder hy prefenter wierden wel zodanig, dat hy (behalven de pyn aan zyn hoofd) my zeide een volftrekte be weeg:

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1776 | | pagina 247