214 G. DE WITT OVER DE de ramus frontalis met het harde gedeel te der gehoorzenuw, en wel met des- zelfs bovenden tak de ramus jugalis. Zo dat de eerde tak van 't vyfde paar ze nuwen de gemeenfchap onderhoudt tus- fchen het eerde, tweede, derde en ze vende paar zenuwen. XIX. De tweede tak van 't vyfde paar zenuwen of ramus maxillarisSupe rior vereenigt zig met het zesde paar door middel van de ramus vidianuswel ke door een byzonder gat aan de bafis van 't vleugelswys uitdeekfel van het wiggebeen loopt, waarna dezelve zig in het kanaal, (waardoor de inwendige kropdagader in 't bekkeneel ingaat)met een takje van het zesde paar ver eenigt om de tusfchenribbige zenuw uit te maken (k). Behaiven dit vereenigt zig (lO Men heeft hier oververfchillcnde gevoelens, want fommigen ftcllendat deze zenuw geen zins zyn oorlpronk neemt van het vyfde en zesde paar, maar dat dezelve hier maar alleen mede ver eenigt: men leze de hewysredencn voor en tegen in het onlangs vertaalde keurig werk van monro over de verfpreiding der zenuwen bi. i r4 en volgende. Maar fehoon petit, in eene byzondere verhande ling, in 't jaar 1727. aan de koninglyke Aka- öcroie overgegeven, betoogd heeft, 'dat de tus- fcheft-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1776 | | pagina 288