246 G. DE WITT OVER DE pis met pyn loost, of gelykbv fommige menfchen, wanneer zy op 't einde van de pisloozing zyngebeurtworden zy kleine ftuiptrekkende bewegingen of tril lingen door het geheele ligchaam gewaar 't geen niet anders kan verklaard wor den als door de vereeniging der zenu wen van de blaas met die van het tus- fchenribbige paar. §.XLVI. De baarmoeder heeft geenen minderen invloed op verfcheide deelen men ziet hier van de bewyzen in den ftaat der zwangerheid en de opftop- pingen der maandftonden. Alle de toe vallen te verklaren, welke daaruit kun nen voortfpruitenzoude ons tot her haling brengen, ik zal dus maar alleen melding maken van het medegevoel dat 'er plaats heeft tusfchen de borsten en dit ingewand: Want telkens als de maandelykfche ontlastingen aanftaande zyn, zwellen de borsten meer op, en hin ken wederom, zo dra deze ontlasting ophoudt;de veranderingendie de bors ten ondergaan in den haat van zwan gerheid en na de verlosfmgzyn nogaan- merkelyker. Zulks wordt veroorzaakt door het tusfchenribbige paar, welke zo

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1776 | | pagina 320