MEDELYDENHEID DER DEELEN. 251 uit de vereeniging van den derden tak van het vyfde met het dolende en negende paar zenuwenwelke ieder takken afge ven in de tong XXIIIhieruit zoude men ook nog kunnen afleiden de rede van de overvloedige affcheiding van kwyl in dit geval. De ruisfching der ooren en doofheid uit de gemeen- fchap van de tusfchenribbige zenuw met den tweeden tak van het vyfde paar, en deze met het harde gedeelte der gehoor zenuw XIX en XX. -De ver duistering van het gezicht en de blind heid (e) wordt verklaard uit de vereeni ging van het tusfchenribbige paar met den tweeden tak van het vyfde paarwaar door dan de aandoening aan den eerden tak van 't vyfde paar, welke met het eerde en derde paar zenuwen in de oog holte zig vereenigtmedegedeeld wordt, op dezelfde wyze als ik XXXII. ge zegd heb. Uit deze zelfde gemeenfchap wordt ook afgeleidt de verwyding van den oogappelwelke als een teeken van wor- dendaagfhe Vaderlandfche 'Letteroefening, ijle deel. men- gelw. hladz. 102. (e) Nu onlangs heb ik een kind gezien, hetwelk door blindheid aangetast is geweest, en volkomen het gezicht wedergekregen heeft na de ontlasting van eene groote hoeveelheid wormen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1776 | | pagina 325