27§ J. s. g. dinckler genees- en Ik liet het zakje ftoven met wijndaar rofemarijn en majolijn in gekookt was. Den 15 Mei, zijnde den derden dag na de geboorte, vond ik niets veran derd: de dikte, opalderhande wijzege- drukt, verwekte geen pijn hetwelk ik, daags te voren, niet hadcle kunnen on- derfcheidenom dat het kind fchreide, Zoo dra ik het maar bezag of betastte. Het zakje fcheen wel wat grooter en meer opgezet, doch door de drukking, merk te ik geep geluid. Het kind was gerust en ftil. De dikte in 't zakje wierd door de drukking niet kleiner, doch die in de liesch, lcheen mij minder, dan giste ren. De Vroedvrouw hadt, op dien ochtend, de elevante oriebatur. Scrotum vino cum majorana et rosmarino cocto f<pvendum jus.fi. Die XV. tertio a part u nihil mutatum invoni. Turnor nihil dolcbat quocunque modo pivme- rem idquod pr'idie djftinguere non poteram, quia infans ejulabat quum vidcrem et palparcm. Scro tum mihi quidem videbatur paullo tumidius et re- pletius ac pridie csfe. Presfione nullum percipie- bam ftrepitum quietus erat infans. Scroti tumor presfione minus imminuebatur; fed tunior in in- gtiine mihi hodie minor es(e videbatur. 0.bftctri>- hoe inarre fcroti compresfione tumorem maxima ex parte repullcrat. Ob-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1776 | | pagina 352