j. de rhoer over weer tot Doreftadus te komengy ziet buiten kyf, zonneklaar dat in de Ber- tiniaanfche jaarboeken, ons Batavodu- rum bedoeld, en als met den vinger wordt aangewezen. Wat zegt de groo- te man hier op? Hy denkt, dat die twee voorgaande plaatfen verfchreven zynen dat het geen 'er van het eiland der Batavieren wordt bygedaan, by toe val 'er zy ingeflopen, alzoo dit alles noch in ae Fuldenzernoch in de Me ten zer Jaarboekennoch by Hermann us contractus gelezen wordt. En voorze ker, 'er is geen gereeder hulpmiddel in een wanhopige zaak. Sommige Jaar boeken bepalen de plaats zoo naauw- keurig niet, derhalven zyndie, in wel ke dit gefchiedt, valsch en verminkt. Dat trac- in Annalibus Bcrtinianis tam clare defignari, ut, digito velutnoftrum Batavodurum indicetur. Quid itaque ad haec Vir Gravisfimus in mendo cubare dicit duoprioraloca, atqueilla, quae deBatavorum infula leguntur, temere esfe infarta, quippe quae nee in Annalibus Fuldenfibus, nee in Metenfibus, nee apud Hermannum Contraétum inveniantur! Nullum utique praefentius in causfa desperata ex- pediendi remedium. Aliqui lafti non tam accura te locum definiuntergo illiin quibus hoc fitfalfi funt et interpolate Sed hermannum con-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1776 | | pagina 422