376 j. de rhqer over
by de onzen Wyk, genoemd wordt.
Doch laten wyop dat hier over geen
verfchil ontha, tot iets -zekerders ko
men. In diezelfde eeuw leest mendat
Pipyn tegen Radbod der Friefen
'Vorst, zullende oorlogen, eene armee op
de been gebracht, en het leger by de flerkte
die Dorefladus heetnecrgejlagen heeft
(b). 't Zelfde bedoelt ook fredegarius
(c), die insgelyks 't Kasteel Dorejlate
noemt, 't Is toch bekend dat de Schry-
vers der middel eeuw, de heden door
gaans Caflra noemenom dat ze gelyk
de legcrplaatfen in wallen en graften be-
floten waren. Hier van daan Caflrum
JSfoviomagumCaflrum Lovanium
And-
tpj In Chron. A pud du Cmi-.sne. T. I. p. 7 óp.
(fb~) Arm. Met. ad. Arm. 697.
•c-/y ~(r Hg? ;-A-J' •ïrfi'Typs1
ïd vcro ne in controverfiam vocetur, ad certiora
veniamus. Eodem adhnc feculo, Pipinus, contra
Radbodum Frifiorum Principem pugnaturus, adu-
nato extrcitujuxta castrumquad disitur Durfiadum
castra metatus fuisfe dicitur. Quod Aimales Metenfes
in cb.yfm. apud du ci-iesne T. i. p. 769. refcruntad
arinum-DC-KCvir. Idem docet fredegarius, qui fi-
iiulitèr etühum Dore(late appellat. Not urn vero est,
mediae astatis icriptoribus castra pasfim vocari op-
pida, quia castrorum militarium inttar, vallo et
ypgi|S Graat c!?,ufa» fiipc castrum iioviomagumcas-
irum
