overigde bewyzendie dé voortreffe- lyke Man ten zynen voordeele gebruikt beeft, te onderzoeken. Drie voornaa- me zyn 'er; want die, welke hy uit bembert ontleend heeft, hebben wy reeds te keer gegaan. Hy legt 'er zich derhalven op toe; zyn gevoelen te ftaven met de rivier den Rhynwelks gelegenheidals mede de legging van Doreftadus, hyzegt dat zy niet begrepen hebben, die deze ftad op het eiland der Batavieren plaatfen. Want deRhyn zou, na dat de arm, die Doreftadus befpoelde, verzwakt was, ein- delyk by Katwyk geheel door het zand verftopt zyn. Doch indien dit, gelyk het waarfchynlyk is, langzaamer hand gefchied, en die verftopping ten laatften r. deel» Cc in DORESTADUM DER BATAVIEREN." 401 fuperest, ut expendamus argumentaquibus pro causfa fu.a ui us est Vir praeclarus. Tria haec fuut praecipua, illis enim quae cx remberto, movit fupra jam occurrimus. Firmare itaque ftudet iuam opi- nionem Rheno flumine, cujus neque condirio- nem, neque Doreftadifitum intellexisfe dicit illos', qui in Batavorum infula oppidum hoe locant. Rhe- nus quippc, postquam paullatim ille alveus, qui rioreltadum adluebat, extenuatus fuerat, tandem apud Catvicum penitus luit obftractus. Idvero, uti probabile estfi fenfire fuerit factum, atque ad cx-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1776 | | pagina 477