VAN HET HEY-TUIG. 443 gewezen door een yzeren fpil aan de zelve vastgemaakt, waarover zich het touw of de loop-lyn Lbeweegtvorders dienen deze fchoren om wederzyds deftandersA, A, en F, F, als mede de fchoren D, D, merkelyk te fleunen. Om nu evenwel de kracht aan dit werk tuig noch te vermeerderenen teffens tot de beweging minder werk-volk noodig te hebbenzal men den hefboom verdubbe len en verlengenen door de onderfle fpaak van het quadrant onderfchragen, en naar evenredigheid het gewigt f, f, ver zwaren wyders verzorgt men de hef- boomen aan hun onder - enden, gelyk boven reeds gezegd isen men laat de looplyn x, over de fchyven of rollen y, en z, bewegen al het gene door ge flipte linien is afgefchetstmitsgaders de loopkring van Jt Quadrant en hoogfle ftand des hefbooms. Nochthans zal de beweging van de door flippen aan gewezene hefboomen zo eenvoudig bunnen gemaakt wordenals in het eer- fte gevalzo men het hoofd (luk Nin plaats van als nu boven beneden het wind-as Mvoegtwaaromtrent diege nen weinig zwarigheid zullen vinden die met aandacht de werking van het booffc

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1776 | | pagina 519