van bosfchen en ftruiken, die den in gang zoomden; deeden den ftoutften fchroomen en beven. Zoo was ook het hol Typhon, daarby gelegen; zoo was cok Atlas (q), en andere hooge bergen en iïeenklippenwaar het zonderling geluid van fluitentrommelenen cym- baalen, die holen en fpelonken, in de meeninge van een onwetend en bygeloo- vig volk, maakte tot een dertel verblyf van Pan (r)de Faunenen SatyrsVrees- lyke oordendie des daags een woeste en wilde eenzaamheid vertoonden (s), en des nachts, in hunne afgronden f naa- re galmen en klaagtoonen deeden hoo- ren; die, door de kanten (t) en wan den 532 JUSTUS TJEENK OVER DE (q) PLIN. Nat. Hijl. Lib. V. t. HOFFMAN Lex. Univ. in vocibus Aulocrene, Marfyas, eet. (r) HOMERI H)mn.in Pana. C. VALERIIFLACCII Argo naut. Lib. IlI.3,Pan nemoruvi belliquepotens\quemiucis abhorit Antra tenent"". Of Gad'te Baal Gad en op den Libanon geëerd, en Jef. LXV. n. vermeld, niet Fan geweest zy, zal nnsfehien een onderwerp van onze overweginge kunnen worden. (s) POMPONII MELA! Lib. III. C. IX. 85. feq. (t) SENECA! Nat. Quaeft. Lib. VI. C. 19. §uom- s, do in dolio cantantis VOX per totum cum quadam dis- 5, cut pone percurrit ac refonattam leviter mot a ta- men circuity non fine tactu ejus tumultuquequo incluft M est; fc fpeluucarum Tub terra pendentium vafti- n

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1776 | | pagina 612