592 JUSTUS TJEENK OVER DE
fiers in de vertrekken der Euro peers
dringt, maar, gelyk men beweeren
wil, ook door toegebondene blaazen,
en toegekurkte vlesfchen, Dit fyn
zandftof is waarfchynlyk de voor-
naamfte oorzaak, waarom men zoo
veel blinden in Egipten ziet, gelyk de
kwaade dampen uit het kanaalwelk
door Kahïra looptveroorzaaktdat
veele kinders in deze llreek zoo
vroegtydig flerven, of zeer met on
gemakken aan de oogen gekweld zvn".
De aarde of modderdie in den Nyl blyft
hangenen door denzelven wordt aan
gevoerd is van eenen onbegrypelyk ligt en
aarten komt aan het gevoel zoo fyn
voor, als de (h) poeder, welken wy ge-
woonlyk ontastbaar of ongevoelbaar noe
men: want het is bet Jloj van eene (i)
zwarte gebrokene aarde, het grondfop der
riviereen dus een broeder van het flyk
(k), welk om die reden zich gemakkelyk
laat ploegen (1)als zynde een losfe en
nat-
(b) r>r. SHAW'S Travels,?. 379.
(1) HERODOT. Lib. II. 12. DIODOR. SICUL. Bib!.
Hifi. Lib. I. 7. lid. J. CORN. DE PAUW Not. in AE-
SCHYL. Slipplu. p. 1064. V 4.
(k) AESCHYL. Agamemn. f. 503.
(1) COLüMELLAE Ue R, R. Lib, U, 2. At que ejus-
mo-