6q4 p. van damme over die van de Grrekfche Vorften overge bleven en bekend iswerdt in de aan getogen plaats toegekend aan Lyfima- cbus, Koning van Macedonien. Na het fchryven der eerfte afdeelinge is 't my geluktnoch een' anderen gouden pronk- penning van Lyjimachusvan dezelfde zwaartete ontdekken en bekomen. Nademaal hy tot nu toe by alle fchryvers en in alle muntkasfen zoo veel my bewust is, onbekend is, en daarenboven eene uitmuntende fchoon- heid bezitheb ik denzei vengelyk ook alle de volgende door den kundigen van der Schleyop 't naauwkeurigst la ten afteekenenen in plaat brengenop de nevensgaande penningtafel No. I. Aan de eene zyde vindt men 't hoofd van Lyfimachus, omtrent op dezelfde wyze afgebeeld als op andere pennin gen van dien Koning (a). Op de rugzy- de vertoont zich Pallas Nixiypógog met het opfchrift BASIAEI22 AT2IMAX0T van Koning Lyjimachus Ko- (a) By begerus 7hes. Brandenb. Tom. 7, pag. 244, uebe Gotha Numariapag. 67. Doch de pennin gen door hen opgegeven, verichillen van dezen, "in de teekeninge der rugzyde en die by begerus zyn zilveren.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1776 | | pagina 684