zo j. ermerins over sommige opperbevel van den Marefchal Grave van Lowenthal en beftuur van den Bri gadier De Bonaventura regelmatig aan getast, en na een Bombardeering van tien dagen, en vyf dagen openen der Trancheen, van hun wierdt bemagtigd. Men verfchoone my in eenige byzon- derheden van dit Beleg, waar in ik van het begin tot den einde tegenwoordig was, te treden, gewigtige redenen belet ten zulks: het is genoeg bekend, hoe de ze kleene en digt bebouwde plaats door 15000 kanonfchooten en 8000 bomben en houwitzer grenaden geheel in een puinhoop verkeerde: ook is dezelve, na het fluiten der Vrede te Aken in 't jaar 1748den 9 December deszelfden jaars van de Franfche troupen ontruimd, en weder onder de gehoorzaamheid van den Staat gekomenfedert welken tyd tot heden, Lillo nimmer zig zoo in ge bouwen als inwooners tot voorigen bloei heeft konnen herfteilen. De kruisschans, eene uiterfte flerkte der Republyk aan de Schelde, een half uur boven Lillo, is zyne (lich ting zoo wel als zyne eerfte benaming Mondragonmede aan den vermaarden Spaan*»

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1776 | | pagina 94