OP DE O. I. SCHEPEN. 39 Maar de huxams, de pringles en die hun voetfpoor drukken, als du hamel, de monceau, monchyen an deren hebben deze (tukken zo uitvoerig en bondig beweezen, dat een oplettend lezer hunne bewyzen gemaklyk op de gewoone (cheeps rotkoorts kan toepas- fen, en ik dezelven overneemende, in eene onnoodige en verveelende herhaa ling van 't geen middagklaar betoogd is, vervallen zoude. Ik beroep my derhalvenzonder verdere uitweiding op de verhandelingen der opgenoemde fchryveren, en de kundigheid myner iezeren. 12. Ten (lotte van dit Hoofdftuk moet ik twee bedenkingen tegen myn ge voelen oplcsfen. De Eerfle isof wy in de daad alleen aan het volk der Zielverkoopers moe ten toefchryven, dat de kwaadaartige Rotkoorts op de uïtvaarende O. I. fche- pen gebragt word? Ik heb getragt te bewyzenniet dat alle befmettende Rotkoor-.fen op de ge melde fchepenaltyd en alleendoor de matroofen, die van de Volkhouders koomen, worden gebragt; maar, in C 4 ver-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1778 | | pagina 107