X I I fchynlykfte grondenzeker isdat daar in en ook in de geheele beantwoording des noods onderfcheia gemaakt worde, tusfchen srmen van verlchillende kunne en jaaren, tusfchen fteden van de eerftetweade en derde grootte, tusfchen fteden en het platte landtusfchen plaatfen al of niet aan het wa ter gelegen, aangezien alle voorflagen niet altoos in alle plaatfen en voor alle perfoo- nen van even gelyk nut of even uitvoerlyk konnen zyn. Het Genootfchap zal een' gouden eerpen ning, geflagen op deszelfs gewoonen Item- pel ter hand ftellen aan den genen, die ge melde vraagen best en op eene voldoende wyze zal beantwoord hebben. Op het edelmoedig verzoek van den Wel Edelen Geftrengen Heere Mr. dan iel ra- bermacher, Heere van NieuwerkerkBe windhebber der Oost-Indifche Compagnie ter kamer Zeeland Directeur van 't Zeeuwsch Genootfchap der wetenfchappenenz.wordt ook de volgende vraag voorgefteldom be antwoord te worden voor den eerften van louwmaand des jaars mdcclxxix, onder be lofte van een' gouden eerpenning, ten koste van welgemelden Heere geflagen op den ge woonen ftempel van dit Genootfchap, en te vereeren aan hem die geoordeeld zal wor den ten vollen en best daar aan voldaan te hebben VZelke fchepenbehoorende aan de jSiederlandfche Oost-IndiJ'che Compagnievan 140, 150 en 155 voeten lang, zoo met een open of gedekten kuilanders genaamd drie-dekkers zyn

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1778 | | pagina 14