126 B. HUSSEM OVER DE ROTKOORTS
pen geweest zyn, ik nimmer eene ge-
reegelde Scheiding heb Waargenoo-
men: maar altoos gezien, dat die Schei
ding, als byna onmerkbaar was, of door
verfchillende wegenen op verfcheiden
tyden gefchiede.
By fommigen heb ik ondervonden
dat als.zy van hunne Ziekte begonden
te beteren, zy dan een Doofheid in 't
Gehoor kreegen, 't geen altoos een goed
teeken was.
Wanneer nu de Rotkoorts in deezen
Derden Trap is, vindt men niet zelden,
dat dezelve allerkwaadaartigstten ui-
terfte Befmettelyken byna van een
Pestagtigen aart wordt. Sommigen
krygen dan Singultus de Pols zinkt
weg, eenige Braaken een zwarte ftof,
die ook van hun door den Afgang
wordt ontlastenin deezen haat der
Ziektewerdt dezelve by fommige
Schryversden naam van Morbus Ni
ger gegeeven (o)zynde alsdan niet
zelden volftrekt Doodelyk.
Op het uitgaande Nederlandsch Com
pagnie Schip de Vrouwe Cornelia Hil-
le-
coa. titsingh geneeskonst der Heelmeesters
&c. in 't Relaas van den Heelmeester schlappri-
zius pag. 376 5.