134 b. hussem over de rotkoorts Dus heb ik dan aangetoond, de duï- delyke en 01 .i rfcheidene kenmerkenvan die bejmcttelyke Rotkoorts febrïs malig na -putr/da welke thans zo algemeen zee- dert eenige jaaren befpeurt is op de Uit gaande Oostindifche Scheepen deezer Lan den* En, fchoon die Ziekte, zo als gebleeken is, op alle Scheepen niet even kwaadaartig of in teekenen en toevallen altoos gelyken het zelve zy zo zal men echternaar myne gedach ten die Ziektedoor de hier boven opgegeevene Teekenen, zeer gemak- kelyk van alle andere Ziektens konnen onderfcheiden. Wanneer dan deeze Rotkoorts, tot den Uitersten trap van Kwaadaartig- heid, aan Boord der Uitgaande Neder- landfche Oostindifche Scheepen gekoo- rnrnis, kan men dezelve nagenoeg, als eeyi -Schcepspest aanmerkenen het zal rader ^iyken, wat Slagtinge deeze Ziekte op de gemelde Compagnies Seheepen nu in de laatst voorgaande Jaarenonder dat Scheepsvolk te we- ge gebragt heeft. Volgens een Lyst, my opgegeeven^ zyn in 't Jaar 1772, op Veertig van de Nederlandfche Uitgaande Oostindifche Schee:

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1778 | | pagina 202