hebben, ten uitterfteBefmettelyk. Hier om verboden ook de Engelfche, alle gemeenfchap met het gemelde Compag nies Schip de Vrouwe Cornelia Hillegon- datoen het te Scheer nes lag. Men heeft ook forntyds geziendat deezcZiekte, cpandere Scheepen, mee- de zeer Befmettelyk is geweest, en zeer groote Sterfte onder het Scheeps Volk heeft veroorzaakt (y). On 's Lands Schip de Batavier name- lyk, dwaar over de zco Man aan dee- ze Ziekte aorven zyn waszezo Be fmettelyk, iat'er van de Lootfen, en Kaaglchippers, die toen dat Schip nog in Texel lag, aan Boord geweest zyn, eenige dezelfde Ziekte gekreegen heb ben, waaraan 'er fommige Overleeden zyn. En ik zoude hier omtrent nog verfcheiden gevallen konnen opgeeven. JDe Teekenen van Pest, door de I 5 Schry- OP DE O, I. SCHEPEN. 137 Cy) In de Ecfchryvir.ge van 'tLceven van deft Admiraal de ruiter zo wel, als in de Reize van anzon, en schoute, vindt menmcede, hoe Be fmettelyk, en Kwaadaartig deeze Rotkoortfen op hunne Vlooten geweest zynen wat groote Sterf- tens die veroorzaakt hebben; zoodanig, dat de Heelmeesters op die Scheepen, oordeelden dat de ziektens van een Pestagtigen aart, en by na zo befmettelyk als de Pest waren.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1778 | | pagina 205