op de o. i* schepen; 143 ponem, tot de Febrh maligna putrida krygen. Ik zal niet breedvoerig zynom trent de gefchiktheid van die Huizen der Volkhouders tot verblyf van zo veele Menfchenals men dikwerf daar in vind maar alleenlyk aanmerken dat 'er veelen van die Pluizen geweest zyn, waar in, op de Zolders, of in on- deraardfche Kelders, dikwerf een zeer groot aantal Menfchen gefchikt tot Bevolking van gemelde Scheepen, ee- nigen tyd, ja Maanden agter een, zyn opgeflooten geweest. Ik weet van zeer naby, dat 'er onder anderen, in één van deeze Huizen, op een Zolder, zeer laag van verdieping zyndeby de 300 van deeze Menfchen waren opgefloo ten; die alhier Nagt en Dag moesten huishoudenhunne natuurlyke ontlastin gen verrigtengeene plaats om te flaa- pen haddenmaar open onder mal kanderen moesten liggenen waar on der veelen waren die tegen hunnen wil, alhier opgehouden wierden. By anderen heb ik gezien dat in Kelders van zoodanige Huizen, meede een zeer groot getal van deeze Men fchen waren opgeflooten waarvan fom-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1778 | | pagina 211