een Warme en Vogtige Lucht, was; vermeerderde weeder het getal der Zie ken. De Ervarene Heer schlapprisi- us, heeft dit op zyne Reize meede waargenoomen (p). Men heeft verfcheidemaalen gezien dat, wanneer de Oostindifche Uitgaan de Schee pen langen tyd, in 't Voor jaar in Texel moesten liggen, om op een Oosten Wind te wagtenen dus, door Zuidelyke Winden(die een vog tige Lucht aanbrengen) opgehouden zyndie Scheepen veele Zieken gekree- gen hebben. Zou dit ook de reden konnen zyn, dat men fomryds gezien heeft, dat, wanneer op de Oostindifche Scheepen by hun lang verblyf in Texel, onder het Scheeps Volk zig kwaadaarti- ge Koortfen vertoonden die Scheepen, met een Oosten Wind na Zee zyn ge zeild en dat die Ziektens toen geen verdere voortgang hebben gehad? Toteene andere aanleiding geevende Oorzaak van de Rotkoorts, behoord ook de Droefgeestigheid (q) van 't Scheeps Volk. 5 uv. 156 8. HUSSEM OVER DE ROTKOORTS Cp) titsingh Geneeskonst &c. pag. 381. 18 en 20, (qi s. de monchy Prys-Verhandeling pag, 93.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1778 | | pagina 224