OP DE O. I. SCHEPEN. 17$ heid, eene zagte uitwaasfeming te wege bracht. Omtrent deverfchillende gevoelens in het aanleggen van Veficatorïa in deeze Ziektens, zal ik nu niet fpreeken, maar alleen zeggen, dat ik dezelve in myn Practyk (hoe zeer voornaame Mannen in deeze Ziektens daarvan verhaalen grooten dienst gehad te hebben) van ge ringen dienst gevonden hebhetzy, dat ik die in den Nek, of aan de Kuiten liet aanleggen. Ook ben ik thans van ge voelen dat de Vejicatoriain deeze Ziek tens veeltyds nadeelig zullen zyn. Al- leenlyk kan ik 'er van zeggen, dat ik enkele reizen, wanneer de Lyders de Ziekte in den hoogden Trap hadden, in een geduurige Slaapen ais Sterven de lagen, gezien heb, dat dezulke, wanneer de Veficatorien aan de Kuiten zeer fterk, en met herhaaling wierden aangelegt, zy door de geweldige pynen, als herkwamen, en door de Ziekte ge- koomen zyn. Dan, dewyl het Genoot- fchap onder; de Zinfpreuk Servandis Civibus, dit als een Vraag om te beant woorden heeft opgegeeven, vertrouw ik, dat wy binnen kort, door genoeg- zaame proeven, omtrent het voor-, of na-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1778 | | pagina 243