7340 A. BONN OVER EENIGE OORZAAKEN
cVj>
Niemand twyfieltof eene dergelyke
gei&otene Moedermond, werd billyk
mede' voor eene oorzaak van onvrucht
baarheid gehouden (h); edog niet zoo
volftrekt, gelyk het voorige geval, de-
wyl men voorbeelden heeft, dat de Na
tuur zelve tot ontlasting der ftonden zig
daarby eenen weg gemaakt heeft (i)of
te dat de kunst haar te hulpe gekoomen
en op haar voorbeeldig voetfpoor, den
uittogt door eene gemaakte opening be
zorgt heeft (k)op dezelfde wyzeals
men met een zelfden goeden uitflagde
tegennatuurlyke geflootene fchede ge
opend heeftwaar van onsook in on
ze taaie geene verhaalen ontbreeken (1).
In een dergelyk geval egter zoude men
ook reden hebbenby het onderdaan
van de uitpuiling der moedermond tot
het aanwezen der Baarmoeder te beflui-
tens
(b) MORGAGNE 1. C. art. 17.
(ij ter si br nieuwe natuur en geneesk. biblioth.
1 deel 1 ituk. pag. 65.
(k) BENEvou en tajaconi waarneem, met aan-
teek. van j. b. sandifort p. 2. &c.
(1) J. v. meekeren heelk. waarn. 55 hoofdft.
h. v. rqonhuyzen gen. en heelk. aanm. 2 boek
p. 114. 12a. HA-ARi. 5 deel p. 424,