VAN ONVRUCHTBAARHEID. 35! Wederhoudendoor het natuurlyke der lippen de laagere (land des kittelaars, de mindere afiland van het forket tot den aars, en door het aan weezen van een foort van maagdenvlies, waarvan gemelde fchryvers als dan niet gewaa- gen. Mogte het eindelyk den Ontleedkun* digen gebeuren, zodaanig een bejaard voorwerp te ontleeden, ende dit raad- felagtige te beflisfen! Of'er naamelyk, by zodaanig gemis van Maanflonden en ontbreeking der fchede-opening, naar morgagne's vermoeden, waarlyk gee- ne Baarmoeder ofte Hechts eene gebrek kige te vinden zy, gelyk myne eerfte waarneeming zulks omtrent zyn eerfte geval bevestigt: dan of, volgens de waarneemingen en ontleedingen van Vrouwelyke kinderen en vruchten door de graaf (u) parsons (v) en andere gedaaneen langer uitgegroeyden kitte laar, ende al ofte niet doorgezakte Ey- ernesten, den natuurlyken ftaat dei* Baarmoeder niet verhinderen? In deeze twee laatfte aangehaalde voorbeelden, zo- (ui r. DEGRA.AF, alle zyne werken, hoofdft,' 15. pl- 23 en 24. 00 parsons k c. p. ijl et feq. tab. 3. fig.i, 2.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1778 | | pagina 421