WEEN EN NAWEEN. 455
het kind en de teeldeelen, onwillig, ge
dwongen en byna onophoudelyk: de
adem word zeer lang ingehouden, en
kan meestentyds niet ten volle uitgea
demd wordendc buiks- en middenrifs-
fpieren verflappen byna niet.
80. indien op dezen tyd des ar-
beids geen allerpynelykfte weenen te
gelyk met dezelven geen eenigermate
iluiptrekkelyke werking der baarmoe
der en buik- fpieren, nog ook geen ui-
terlle na uurpogmg en infpanning van
alle kragten zoo wel van den geest als
van het lighaam plaats haddenen famen
liepen, zoude het groote èn bolronde
hoofd van het kind niet ligt tot een fui-
kerbroodswyfe gedaante gevormdnog
van onder den boog der fchaam- nog
tusfchen de engte der zitbeenderen
doorgedrongennog door den engen
fcheede mond gedreven kunnen wor
den nog eindelykeven als een kersfe-
fteendie tusfchen de vingers geperst
fchierlyk uitfchietvoor den dag en ter
weereld komen.
$81. De natuurlyke en gewoonc
kragt van 's menfchen lighaam zoude
niet vermogende zyn dusdanige dolle en
woedende ween lang agter een uit te
F f 4 haan r