WEEN EN NAWEEN. '$ÖQ al weder de oorzaken der valfche ween en naweennog derzelver uitwerkingen niet uit het oog verliezen. 144. Dewyl nu haare voorname oorzaak in een wezenlyke kramp ofte in een kramptrekkelyke aandoeninge van de lyfmoeder en vooral van der zelver mond moet gezogt worden, en deze een menigte andere verre oorza ken erkent, zal ook naar dat die ver- fchillende genezings wyze verfchillend moeten ingerigt worden. Dus wanneer een algemene volbloedigheid in het gantsch lighaam ofte een plaatfelyke in de vaten der baarmoeder en nabu rige deelen waarfchynelyk de verre oorzaak der kramptrekkingen en daar uit voortfpruitende valfche ween is, zal men de vrouw het allerbest door een ruime aderlatinge verligting toebren gen, dewelke men naar vereisch van zaken herhalen en waar op men een verkoelend en verzagtend klysteer kan doen volgen. Cj 145, Indien de krampen en daar uit ontftaande valfche ween het gevolg zyn van geweldige en onophoudelyke brakingenvan eenen loop of over ma tigen afgang.moeten deze ziekten vol gens

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1778 | | pagina 583