jfOODEN TE COC HIM. 527
fchen brief op te fpeurenmaar hebbe daar
in niet konnen flaagenWant de Wel Eerw.
Heer winoldus budde, Predikant te Amfler-
damfchrijft mij den 10 April 1778, dat zijn
Wel Eerw. op mijn verzoekbehalven ande
re vruchielooze onderzoekingen ook door
zijnen vriend, den Heer Notaris Genitzhad
laaten verneemen bij de Heeren Parnasfims
en den D_>n (Chacham) der Portugeefche Sy
nagoge of die Hebreeuwfche brief noch on
der de oude fchriften der fynagoge te vinden
waare en zoude konnen worden bekooiaen:
doch had ten antwoord ontfangen, dat die
niet te vinden zij. Dat anders mij dezelve
zekerlijk zoude geworden. De Jooden waa-
ren zeer op hun fchik, dat de Christenen en
onder die een Leeraar te Middelburgzich
aan hunne zaakenzoo lieten gelegen leggen 9
en wilden gaarne mijn verzoek konaenze
mede voldoenNaderhand had de Heer Ge
nitz zich aan de vergadering der Parnasfimt
van de Hoogduitfche Synagoge, met het zelfde
verzoek vervoegd doch Dij dezelve was ook
die brief niet te vinden.
Ondertusfchen fchijnt het mij toe, dit dee-
ze brief dezelfde is met dien waar van men
een uittrekfel vindtnevens eenige berichten
van eenen Nederlander te Cochim, gegeeven
ten verzoeke van menfchen hier te lande; te
vinden in de Bibliotheca Librorum Novorum,
Collecta a L. Neocoro [ofKusterusi et Henrico
Sikio (15). in welke ook verlcheide bijzonder-
be-
.(15) Eibl, Lik. Nov. T. II. Mettf. Nov. Lecemb.
an-