OP DE O, T. SCHEPENo 27
armoede en gebrek deze gedeldheid te
weeg brengen? eene gefteldheid zo ge
meen onder den hef des volks, dat
door toedoen van de Volkhouders, op
de fchepen koomt,
Ten DerdenHier toe behooren ook
de uit werk zeis van voorafgaande ziekt ens.
Eene galkoorts verwandeld veelmaal in
eene kwaadaartige befmettelyke Rot
koorts. Zy, wier bloed kwaadfappig,
vooral fcheurbuikig ontaart is, zyn
vatbaarerdan anderen die gezonde
vogten hebben, voor de befmetting der
Rotkoortfen. Even dit heeft plaats by
hun, wier bloed, door dekwylkuur, in
eenen hoogen graad van ontbinding ge-
bragt is, Maar deze hoedanigheid
der vogten is zeer gemeenen voor zo
verre zy door de kwik verdund zyn,
niet zeldzaam onder hen, die by de
Zielverkoopers huisvesten. Voegen wy
by het gezegde, dat zulke Volkhouders,
die hun intrest best verdaan veel gree-
tiger zynin het aanneemen van zwak
ke ziekelyke gasten die niet te gulzig
eeten, dan van Irifchë, gezonde kae-
rels.
Dit zy genoeg van de lichaams ge=
ileldhcid 3 in zo verre die den gemec-
nen