ONBERHOUD DER ARMEN. 133 van 16 jarengefteld dat het Schip maar 8 Maan den in zee is. Eerfte jaar <5 gulden 's Maands - 48: Tweedejaar 8gl.'sMaands/ 64: Derdejaar 10 gl. 's Maands/ 80: Vierde jaar 12 gulden 's Maands 96: 288:-:- 32 Maanden kostgeld a 30 dagen is 960 k 7 ft. 336: 624:-: De onkosten hier te gen als uit rusting - 60: Drie jaren verder on derhoud af 40 120 Kostgeld 4 jarenof 1460 dagen a 7 ft. ƒ511: 691:-: En veronderftelddat in ieder jaarhetSchip 125 dagen ftil legt, zal dan nog verdienen Eerfte jaar 125 dagen a 4 ft. - 25:—: Tweede jaar 125dagen 25ft. - 31: 5: Derde jaar 125 dagen a 6 ft. - 37:10: Vierde jaar 125 dagen 4 8 ft. - ƒ50:-:- 143:15: 547: 5: Zal het dan wel te veel zy n, wanneer aan eenMa- 1 3 troos

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1780 | | pagina 163