X v I I I j Programma 1780. In de jaarlykfche algemeene Vergaderinge van Let zeeuwsche genootschap der weten schappen te Elisfingen, gehouden den negen den van oogstmaand 1780, hebben de Heeren Directeuren en Leden beoordeeld de onder- fcheiden Antwoordendie ingekomen waren op deze voorgeftelde Vraage: "Welke verbeterin- I, ge hebben de gemeene, of openbaare, vooral de Nederduitfche Schooienenz." De Schryver van het antwoord, geteekend met de zinlpreuke: itigenuas didicisfe Jideliter artes Emollit moresnee Jlnit esfe feros: zou den beloofden gouden eerpenning hebben moeten wegdragenindien Hy geen Lid van het Genootfchap wareweshalven alleenlyk befloten is, aan zyne Verhandelinge in het drukken den voorrang te geven en in plaatfe van metaal eene duurzaame en dankbaare lofer- kentenisfe van 't Genootfchap te doen toeko men aan den zoo kundigen als arbeidzaamen Schryverdieby de openinge van het verze gelde billet, gebleken is te zyn de Heer her- mannus Johannes krom, Predikant, en Pro- feslbr in de Kerkelyke Gefchiedenisfen aan de Illustre Schoolte Middelburg. Waarom is goedgevonden, den gouden eer penning toetevoegen aan den Schryver van het

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1780 | | pagina 18