170 N. H. VAN CHARANTE OVER
alleen in't begin noodig zyn, want zo,
volgens myn plan, de kinderen in de
Diakonie- fchoolen en Godshuizen hier
in worden onderwezen, voorzie ik, dat
deze handwerken van hekelen, {pin
nen en weeven zo gemeen zullen wor
den onder den geringen burgerftand
dat ieder zich, zonder nader onder-
wys, terftond daar van zal kunnen be
dienen, zo ras hy buiten zyn gewoon-
lyk werk komt te geraken. '71 werk
der Linnen- Reedery is dierhalve ietsdat
afbekend is of zeer gemakkelyk valt aante
leeren 'tgeen ons derde vereischte was.
Al 't werk in de Linnen-Reedery
wordt by maat en gewigt betaald: de
hekelfters loon kan men, 't zy per
fteen ruw vlas, 't zy per pond gehe
keld vlas, berekenen; de lpinfter ver-
krygt vergelding naar mate de fynheid
en hoeveelheid van 't by haar verwerk
te; de weever maakt zyn rekening op,
uit de afgeweevene ellende kinde
ren, die net garen op de fpoelen bren
gen, de arbeiders, die met loogasch't
gefponnen garen uitkooken, de blee-
kersdie het linnen bleekcn, zullen al
le by deelby 't ftuk, of 't gewigt be
loond kunnen worden. Dagdieven
komt