O. I. SCHEPEN. 229 buien, met onbefchryfelyke verbolgen en uit verfcheiden hoeken tegen elkan der aankokende zeeën; in welk weer, getuigt de gemelde Heer van esch zyn bodem alle blyken van deugd g f, en nooit op foortgelyke Charters te hebben gevaren, die zulke kwalitei- ten by alle omilandigheden bezit- ten": de wind begon uit den oost noord-oosten, zo door het noorden naar het westen, tot zuiden en zuid-oost, en het fchip bleef tusfchen de zes en ne gen ftreeken van den wind leggen, zon der water over te nemen, als dat geen, dat door verheffing van windop yde- re flreek-verandering, als ftofregen overwaaide zo ook in de golf van Japanop den 5, 6, en 11 Augustus, hoewel met minder wind, maar niet minder aanfchietende zeeën. Op de terug reis van Japan hebben de meest doorgaans aangenaam mooy weêr en wind, had zich nu en dan in de golf en in (Iraat Formofa wel eens een moeielyke aanfchietende zee ver toond, maar daar door geen de minde -noemenswaardige werking ondervon den, hoewel de lading van koper 2000 P 3 kas-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1780 | | pagina 259