232 E. LOMBARD OVER DE jaar I1772, wordende door een vliegen den orcaan, op den 28 November in de bogt aangedaan met hemelhooge zee ën, waar door men by aanhoudenheid de kuil vol water zag, en verloor door de rankheid, met het zwaar werken in den tyd van anderhalf uur zyn geheele tuig, by de overhalen bleef het fchip telkens zonder te ryzen een geruimen tyd leggen: "ik bevond (zegt de ge noemde Schipheer,) „na dat de wind en zee merkelyk had afgenomen, negentien doode lyken tusfchen deks, die niet alle hun natuurlyke dood ge- florvenmaar meest verdronken wa- renbevond het nuttig 2 gaten tus- fchen deks, by het kabelgat, in het dek te kappen, op dat ik het water by de pompen krygen mogte ïn het ruim was na gisfmg wel zes of zeven voet water, hy durfde de emmer niet uit de voorpomp nemen, op dat het volk door de veelheid van hetruim- water niet neerflagtiger zoude worden. De britfen der zieken, en eenigekis ten van het gemeen tusfchen deks, wa ren in flukken geflagen; onder het half dek alle de daar flaande kisten, pothui zen, gereedfchaps kisten, van denbod- de-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1780 | | pagina 262