als dan weinig onderfcheid in de Ma
noeuvres zyn tusfchen een kuil- en een
drie-dek-fchip.
Dog wanneer die beide van ftorm
werden overvallenis 'er zeer veel
onderfcheid in de gemakkelyke regee
ring, het geen nu te bewyzen Haat.
Hier vooren is reeds befchreven
waarop een kuil-fchip het loopend tou-
werk to t de zeilen behoorende geplaatst
iszynde tegens boord op de hoogte
van het zoogenaamde Rheehout.
Insgelyks waar voornoemd touwerk
op een drie dek-fchip is geplaatst, na-
mentlyk op het bovenfte of derde dek.
Men vooronderftelle nu deze beide
fchepen onder zeil zyndeen van
een ftorm beloopen en dus door de
hevigheid van den wind om bytedraai-
jen genoodzaakt werden of zoo als
men het ook noemtonder den wind
fteekendog de beide fchepen leg
gen door de drukkende kragt van den
wind in de zeilen vallende, die by-
ftaanzoo veel over zydedat het
kuil-fchip met zyn leyboord onder wa
ter legt, en het geen door meenig
zeeman, by de ondervinding, zal be
vestigd worden wel te gefchieden.
312 w. ÜDEMANS OVER DE