O. I. SCHEPEN. 341 T 3 het digt niet wordt gemaakt, dat het de doorwaasfeming der lugt van de zie- kentot de gezonden kan beletten. Hierom is dan het eenigfte middel de gemelde zieke manfchappen te plaat zen onder het halfdek, en wel van het fchot der voorcajuyt, tot even voor de groote fpilzie Figuur 1 Let. G. tot H. Dog dit kan men nu wel doen in een matig climaat, en dan nog maar ten ruimflen genomen, met een aantal van 40 manfchappen, dan is die plaats be zet, want men welvoegelyk geen man fchappen meer voorwaarts brengen kanom dat, als een fchip by den wind zeilt, die zieke menfchen het daar te koud zouden hebben, door de zuiging van den wind, die onder het halfdek valt uit de byftaande zeilen: hier kan men nu by gematigd weereen getal van 40 zieken plaatzen, dogheeftmen eens een groot getal van zieken, en teffens regen en flor m weer, en het ge tal van zieken komt eens op 70, 80 ja 100 manfchappen, zoo als in korte jaaren meerder dan eens is gebeurd op Compagnies fchepen, hoe dan de feparatie gemaakt, en het fchip van binnen met verfche lugt te voorzien,

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1780 | | pagina 371