354 w- udemans over de en fcherpe pynen en geduurige koortzen ver- oorzaakt, en elendig maakt. Hier integendeel is wederom een drie-dek- fchip gefchikter, dewyi de op de wagt zyn- de manfchappenzich altoos voor het oog der op de wagt zynde Officieren in beweeging moeten houden door het gemis van zulke een nadeelige fchuilplaatsals 'er is onder de half-deks der kuil-fchepen, en dus word hier door de geduurige beweeging des lig- haams het natuurlykfte voltrokken. Op een drie dek-fchip droogen de manfchap- pen hunne natte afgedaane kleederen tus- fchen het eerste of bovenfte en tusfchen het tweede dek, en wel ter wederzyde van de boot, het geen op een kuil-fchip niet kan j, gefchiedenom dat deze plaats in de open lugt komt, en dus zyn zy op een kuil-fchip by aanhoudenden regen genoodzaakt hunne nat- te kleederen aan te houdentot nadeel van hunne gezondheid. Ja nog boven dat alles zyn de half-dekken der kuil- fchepen zeer nadeelige fchuilplaat- zen, nietalieen voor Matroozen en Militairen, ,i maar ook voor fommige deks Officieren, de- wyl zy zig in haare wagten daar ter plaatze begeven tot flaapen, het geen vooral oplaa- ge breedtens zeer nadeelig is voor de doorwaas- 3, femingdewyl zy dan (om zoo te fpreeken) van alle gewaarwordingen beroofd zyn." Met deze twee, zoo ik vertrouw, fter- ke bewyzen, die proefondervindelyk zyn,

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1780 | | pagina 384