B y L A A G E K. 3^7 van de bevarene matroozen zyn 'er weinig ge- ftorvenmaar tegenswoordig worden zy al te zamen ziek, de zelfde ziekte alsvooren, want die menfchen zyn afgewerkt en vermoeiddaar zyn 2 matroozen van ons volk over boord geval len en verdronken; den 28 November, 'smor gens om 8 en 9 uuren met eenhevigen florm, vielen alle 3 onze masten over boord en Hen gen en daar by met het overflaan van de zee heeft het water tusfchen deks 4 a 5 voet hoog geftaan zoo dat de britzendaar de zieken op gelegen hebben met al de kisten aan Hukken ge- flaagen zyn en de menfchen in het water ge zwommen hebben en zoo al hun goedals klee deren en beddegoed weg gefpoeld zyn zoo dat dan ook tusfchen den 28 en 29 dito van de zieken 19 menfchen verdronken zynen wy geen plaats hebben om de zieken te leggen; tus fchen deks zyn de kisten ook aan Hukken ge- ilagen en weggefpoeld: ten anderen ons brood en provifie van ververfching is bedorven en over boord geworpen en het grootHe onge luk is, myn Medicynkist is aan Hukken gefla- gen, want zy heeft geliaan voor het hekken van de voorcajuit naast den trap, wel vastge maakt maar door het water uit het fchip te pompen van zyn plaats genomen is, en door het geweldig llingeren is de kist aan Hukken met alle de pottendie omlaag geHaan hebben zo dat alles verboren is, geen pot of Hes is heel gebleevenen de kruidekist is mede aan Huk ken, de Hukken over boord geworpen, zoo dat ai de kruiden nat zyn geweest van 't zout wa ter ik heb de beste uitgezogt en gedroogd in de

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1780 | | pagina 401