DE KINDERPOKJES, 21
lucht te brengen, uit een vertrek, daar
de warmte in verre na zoo groot niet
was. Ik meen echter opgemerkt te
hebbendat eene broeijende warmte
die de lucht en de uitwaasfeming om
het lighaam befloten houdten tot rot
ting fchikt, de lyders zieker maakt, en
de pokjes vermeenigvuldigt. Ik heb in
een Ingeente zuigelingde geheele eene
zyde van het lighaammet welke zy al
toos, des nagts, tegen de bloote borst
van de Moeder lag vol pokken ge
zien terwyl 'erop de andere zyde
naauwlyks eenigen te vinden waren.
Ik heb aan de billen van een ingeënt
kind zeer veele pokjes zien ontdaan
door het geduurig op eene warme doof
te laaten zittenterwyi 'er op 't overige
van 't lighaam geen één wasEn meer-
maalen heb ik, in de natuurlyke ziekte,
de billen vol pokken gezien van kinde
ren wier luuren en uitwerpfelen niet
genoeg verfchoond en gereinigdof
die, met hun onderlyf, gedadig voor
de vuurmande gehouden werden. Aan
den anderen kantheb ik kennelyke
kwaade uitwerkingen van eene belette
uitwaasfeming gezien wanneer men
Lyders met ingeente of natuurlyke pok-
B 3 jes