172 j. veirac over de vernaauwing
pyn, en wel naar geraaden van derzel-
ver menigvuldigheid.
De afgangen werden eindelyk in
weerwil der aangewende middelen
zoo fterk, dat ze de lyderes van alle
haare kragten beroofden en den 10
Septembertoen zy ruim 50 Jaaren
oud was, een eind van haar ongeluk
kig leven maakten.
Ik bekendat ik my van de waare
oorzaak dezer ziekte nimmer een vol
doend denkbeeld heb kunnen vormen,
doch het zal van agteren blyken dat
ik my dieswegens zoo min behoeve te
ontfchuldigen, als een omftandig ver
haal van myne behandeling en andere
byzonderheeden medetedeelen.
Het een en anderals weinig aan
myn tegenwoordig oogmerk beantwoor
dende, hap ik over, te meer daar de
korte opgaave der ziekte voor kundi-
gen volltaat,
II. Het Lyk had uitwendig niets by-
zonders dan dat de geledingen der
knieën krom en zoo ftyf warendat zy
zonder kwetfing met geene mooglyk-
heid regter konden geboogen worden.
Den