34 J- HARGER OVER HET naauwkeurig vierde onderzogt, of 'er geen gelden gefpaard en uitgiften ver minderd konden worden. Een fluk voorwaar! van het groot- fle gewigt, aanbelang, en omzichtig heid. Het zelve vordert een oplettend en onzydig onderzoek dient door kundige mannen, in het huishoudely- ke der Diakonyen en armen-beftuu- ring ervaarennaar gelang der lieden en plaatfenbehandeld te worden, Een algemeene regel kan in deze uit- oeffening, niet wel ftand grypen, de- wyl men dient te lettendat 'er altyd in de bedeeling der armen eenig on- derfcheid is, en blyven zal tusfchen braave en deugdzaame, of die hier te gen overllaan, tusfchen armen, die burgerlyk, zeedig en Godsdienstig le ven, of die zich (legt gedraagen. 'Er zullen huisgezinnen gevonden worden, gelyk in jaaren en evenredig in perfoonen, en daar echter de be- dee- fcboolen meerder konnen worden in ftaat gefteld, om zich uit te breiden, en meerder kinders, dié aangeboden worden, toetelaaten, die nu wel eens eenigcn tyd moeten worden uitgefteid. Uit mede gedeelde berichten aan het ZetHivfche Genoot fchap.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1780 | | pagina 64