216 L. bo mme over een eenige Nymphen en Wormen gereed tot de verandering in Wespen. Dit Nest was gehegt aan het Takje van een Boomtje, (in de afbeelding) met de ope ning na booven Doch de Heer de reaumur vermoeden met reeden dat de opening naar beneeden zal zyn geplaatst geweestmaar dat men zulks by het ontdekken niet oplettend genoeg zal hebben gade geflaagen. De zelfde Heer meld ook, dat al- drovandus (die vermaarde Natuurken ner, welke in 't laatst der 16 en 't be gin der 17de Eeuw te Bolonien bloeide,) bericht geeft, van een ontdekt JVespen- JSJestter grootte en gedaante van eene kleine bouteljemet een langen hals welkers mond of opening den toe gang aan de Wespen naar binnen ver leende zynde dit Nest vastgehegt aan eene Plant, die tot de Moeskruiden be hoorde ais mededat hy naderhand Wespen- Nesten heeft ontmoet, klei ner dan het Ey van eene Hen. De Heer houttuyn diein het 12de fluk van het ifle deel zyner Na tuur lyke Riftor ieverfcheiden byzon- derheeden nopens de Wespen heeft op- gegeeven zegt in eene Aanteekening op I

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1780 | | pagina 654